Zie jij tijdens de zwemles wel eens kinderen die moeite hebben met het coördineren van hun bewegingen? Kinderen die ongelijkmatige arm- en beenbewegingen maken, problemen hebben met zijwaartse ademhaling, of moeite hebben met het onafhankelijk bewegen van hun ledematen? Misschien merk je dat een kind een sterke voorkeur heeft voor één zijde, of worstelt met drijfvermogen en het behouden van een stabiele horizontale positie. Dit soort uitdagingen kunnen meer zijn dan alleen technische zwemvaardigheden en mogelijk hun oorsprong vinden in de wereld van primaire reflexen. Dit studiehandboek is binnenkort beschikbaar op MBO 4 - Niveau, begrijpelijk voor goed opgeleide zwemdocenten, maar sommige stukken kunnen uitdagend zijn voor een beginnende MBO-student zonder voorkennis. HBO-Niveau (NLQF 5-6), vooral geschikt voor studenten in sport en beweging, fysiotherapie, motorische ontwikkeling en pedagogiek. De theorie en methodiek zijn goed toepasbaar en bevatten diepgang. Aanvulling/bijscholing, voor ervaren professionals kan het dienen als verdieping of specialistisch naslagwerk.